woensdag 19 februari 2020

Peter is ziek





Een aantal jaar heb ik niets geschreven op dit blog. Dat heeft zijn redenen. Ten eerste de MH17 ramp die er behoorlijk ingehakt heeft. Niet alleen het verdriet en gemis van Erik, Tina en Zeger maar ook “de ramp na de ramp”. Eerst voor Jason een half jaar iedere vrijdag naar Utrecht gereden. De eerste maanden na de ramp mocht ik vrij nemen voor o.a. nabestaanden bijeenkomsten, DNA onderzoek, bezoek familie rechercheurs etc. .Uiteindelijk heb ik 4 uur bijzonder verlof gekregen, de dagen die ik  vrij mocht nemen moest ik later allemaal terug werken of mijn vakantiedagen voor gebruiken.   vervolgens raakte ik, mede door de MH17 mijn baan kwijt. Mijn locatie manager vond dat ik te lang “in de MH17 sores“ bleef hangen. 5 Dagen na mijn 50ste verjaardag had ik geen baan meer…
Nu ben ik heel blij dat ik niet meer voor deze organisatie werk, ik ben een 2-jarige deeltijd opleiding gaan volgen aan de Academie voor Geesteswetenschappen: “verlies en rouw begeleiding”.
Daarnaast mijn eigen praktijk begonnen “Wijs met Loes” ambulante begeleiding en kind- en jongeren coach. Nu ben ik ook verlies en rouw begeleider bij “Met Loes”.
Mijn leven is dus weer aardig op de rit.

Dit Blog gaat over Peter, de hulphond van onze zoon Jason. Misschien is dit wel het laatste verhaal wat ik over hem schrijf. Hij is namelijk heel ziek.
Peter is geen hulphond meer maar is een echte gezinshond geworden, alhoewel…ik noem hem ook wel eens mijn hulphond. Het vele wandelen met hem helpt mij om uit mijn hoofd te komen, weer te voelen en te aarden. Peter voelt het feilloos aan wanneer ik verdrietig ben.
Met Jason gaat het zo goed dat hij hem niet meer als hulphond nodig heeft.  Jason is nu 17, uitgegroeid tot een grote knappe jongeman  die in de eindexamenklas zit van de Havo. Hij wil graag rechten gaan studeren.

Peter heeft al een half jaar problemen die steeds erger worden, na de nodige onderzoeken en de vele zorgen is hij afgelopen donderdag geopereerd aan een tumor in zijn dikke darm. Hij is nu erg zwak en hij heeft 50% kans om te overleven. Er is een gevaar dat de darm gaat lekken en dat is dodelijk.
Jason zei heel stoer: “mam, Peter is 10 jaar en hij heeft een heel goed leven bij ons gehad.”
Met zo’n opmerking ben ik natuurlijk super blij, dat is een zorg minder. Toch merk ik dat we ons allemaal veel zorgen maken, ieder op zijn/ haar eigen manier.  Het fijne is dat we elkaar ook opbeuren en door deze onzekere tijd heen helpen. Peter is heel gevoelig dus wanneer we ons verdriet laten zien zal dat niet echt goed doen voor zijn herstel. We gaan nog steeds voor zijn herstel!
Afgelopen dagen heb ik veel aan onze belevenissen met Peter gedacht en aan de verhalen die ik eerder heb geschreven over Jason en Peter. Tuurlijk, Peter gaat, als het goed is, eerder dood dan wij gaan. Daarnaast is het een hond…Maar toch…mijn gedachten gaan de afgelopen dagen / weken heel veel naar Peter en ik doe mijn uiterste best om niet in mijn bekende “ja maar als” modus te schieten.
Ik heb al hele scenario’s bedacht hoe hij dood gaat, dat ik thuis kom en niet begroet wordt door Peter, niet meer ga wandelen, kilo’s aankom  etc.. Om maar niet voor verrassingen te komen staan.
Ik coach mensen om hun “Ojee gedachten” om te zetten in “Oké gedachten” en nu merk ik dat ik ook vooral Ojee gedachten heb.
Wanneer Peter zacht kwispelend naar mij toe komt heb ik weer hoop, wanneer hij veel pijn heeft, niet kan gaan liggen en trilt ben ik bang dat zijn darm geperforeerd is en hij dood gaat. Deze onzekerheid knaagt aan me. Ik kan niet zo functioneren als ik normaal doe. Ik had van te voren niet gedacht dat het me zo zou aangrijpen.
Ook Jason is er ziek van, Peter is het grootste deel van zijn leven bij hem geweest.


Via Facebook denken veel mensen aan Peter en aan ons, dat voelt goed: “Gedachten zijn krachten!”
Sturen jullie ook wat gedachtenkracht deze kant op?


zondag 15 mei 2016

De periode na de MH17 ramp



Weer terug van weggeweest, afgelopen jaar is er veel gebeurd. Hieronder een interview met mij over de rouwverwerking bij Jason. Dit heeft op de site voor nabestaanden van de MH17 ramp gestaan maar wil het hier ook graag met jullie delen. In verband met privacy voor onze puberzoon is zijn naam veranderd.





 “We zien weer Jason zoals we hem kennen”

Ook op kinderen en tieners heeft het verlies van dierbaren grote impact. De manier waarop zij het verwerken of zich uiten, is vaak anders dan bij volwassenen. Als ouder kun je je daar soms machteloos bij voelen, helemaal als je het toch al zwaar hebt met je eigen verlies. Iedereen moet daar uiteindelijk zijn eigen weg in vinden, maar ervaringen van anderen kunnen daar wel bij helpen. Loes van Heijningen vertelt daarom over de ervaringen van haar en haar man Robbert met hun zoon Jason (12).

Het gezin was net op vakantie in Frankrijk toen ze hoorden dat Robberts broer Erik met zijn vrouw Tina en hun zoon Zeger (17), die op vakantie waren vertrokken met de MH17, nooit meer thuis zouden komen. Over die eerste periode schrijft Loes in haar blog: “Jason werd snel boos en gefrustreerd. Een keer wilde zijn veter niet vast; tranen. Ik heb hem uitgelegd dat ons emotioneel vat vol zit en door iets kleins kan overlopen. Zo gingen we die vakantie geregeld onze vaten legen door iets leuks te doen. En als we verdrietig waren hoefden we alleen maar te zeggen: “mijn vat zit vol”. Jason zei ook een keer; “ga maar even naar papa want die heeft je nu harder nodig dan ik”. 
Thuis merken ze dat Jason moeite heeft om zijn draai te vinden. Hij start aanvankelijk met veel zelfvertrouwen en plezier in de brugklas van het VWO, maar na een paar weken is van dat enthousiasme niets meer over. Zijn zelfvertrouwen en zijn leerprestaties kelderen, hij heeft huilbuien, raakt snel overprikkeld en uit frustratie vernielt hij af en toe zijn schoolspullen. “Hij was helemaal niet meer de Jason zoals we hem kenden” vertelt zijn moeder.
Tijdens een informatiebijeenkomst over schadeafhandeling valt veel op zijn plek. Robbert spreekt een rouwdeskundige en herkent heel wat dingen waar ze mee worstelen bij Jason. “Allerlei problemen bleken terug te voeren op zijn verwerking van de ramp. En daar bleek specifieke hulp voor te zijn, ook voor Jasons leeftijd. De volgende dag hebben we meteen contact opgenomen en gelukkig konden we al snel terecht.”
De hulp heeft zowel Jason als zijn ouders heel veel gebracht. Daarom besluit Loes om hun verhaal te delen. “Misschien helpt het andere ouders. Biedt het herkenning, geeft het net dat zetje over de streep. Ongetwijfeld lopen er nog meer kinderen rond met hun ziel onder de arm, en zijn er veel ouders die het daar heel moeilijk mee hebben, naast hun eigen verdriet. We hebben zelf gemerkt en merken nog hoe zwaar dat kan zijn. Maar gelukkig weten we nu ook wat goede hulp brengen kan. We zien weer steeds meer ‘onze’ Jason terug.”

Lees het gesprek met Loes van Heijningen


---
“Het kan heel heftig zijn. Maar er is hulp”.
In gesprek met Loes van Heijningen over de hulp voor haar zoon met programma RouwHulp  

Robbert en Loes van Heijningen waren met hun zoon Jason (12) op vakantie in Frankrijk toen ze hoorden dat Robberts broer Erik met zijn vrouw Tina en hun zoon Zeger (17), die op vakantie waren vertrokken met de MH17, nooit meer thuis zouden komen. Thuis had Jason moeite om zijn draai te vinden.

Wat merkten jullie aan Jason?
Jason is hoogsensitief en een jaar of vijf geleden gediagnosticeerd met een lichte vorm van het Syndroom van Asperger, een vorm van autisme. Na de zomer ging hij naar de brugklas.
 “Die eerste weken gingen super! Niets te merken van zijn sociaal onhandig gedrag, hij was blij en had veel zelfvertrouwen. Bij het kennismakingskamp  was hij zelfs van plan om heel stoer een nachtje te blijven slapen. Uiteindelijk hebben we hem daar middernacht opgehaald en daarna kelderde zijn zelfvertrouwen, had hij huilbuien - ook op school - en raakte hij snel overprikkeld. Hij toonde veel vermijdingsgedrag, tot soms bijna apathisch. Dan zat hij hele dagen op de bank met zijn tablet of voor de tv.”
Het laatste half jaar vertoonde hij ook ineens weer veel meer autistisch gedrag. “Het was nog nooit zo sterk als de afgelopen periode. Met veranderingen kon hij helemaal niet omgaan. Daaraan kun je ook zien wat angst – het was vooral angst bij Jason – en negatieve gedachten, met een mens kunnen doen. Je ziet dat natuurlijk bij heel veel mensen, volgens mij vallen wij ook wel wat terug op zekerheden en in ‘autistische trekjes’, maar iemand die al wat meer neigt naar autistische gedragingen, die zakt nog meer terug, die gaat in nog meer dingen vasthouden aan zekerheden en veiligheden inbouwen.”
Zijn schoolprestaties zakten in. “Hij deed echt zijn best wel om te leren, maar zijn werkgeheugen zat gewoon vol – hij kon ook niks leren. en wij probeerden hem op allerlei manieren te helpen bij het leren – aan het werk zetten, overhoren – maar het gaf zoveel stress bij Jason. Dan had hij een toets en dan was het weer een onvoldoende.  Zoveel frustratie! Op een gegeven moment was de motivatie natuurlijk ook ver te zoeken, hij werd alleen maar angstiger ook voor school.”
Angst was sowieso heel sterk, hij was bang voor aanslagen, voor IS, voor een derde wereldoorlog. “In januari, met die aanslag in Parijs, had hij in de krant mannen met bivakmutsen gezien. Hij was alleen beneden en ik was op zolder. Opeens hoorde ik hem met gesmoorde kreten de trap op rennen. Dus ik er snel heen, lag hij daar op zijn bed, helemaal onder de dekens in een foetushouding, bibberend en kreunend. Hij zag overal mensen met bivakmutsen uit alle hoeken en gaten van het huis komen. Hij heeft zo’n enorme fantasie,  en hij is echt een beelddenker, maar dan zo’n angst… Dan denk je als moeder wel even: en nu…? Ik ben naast hem gaan zitten, heb m’n armen om hem heen geslagen en verteld: “Jij hebt een enorme mooie fantasie maar dat is soms ook heel lastig, want daardoor zie je nu dingen die er niet zijn. Er zijn hier geen mannen met bivakmutsen. Dat heb je gezien in de krant en misschien op tv, maar hier zijn ze niet. Dus je gaat nu je schoenen aantrekken en je gaat die boodschap doen bij de bakker die je elke zaterdag doet.” Weer terug in z’n structuur. Dat heeft hij gedaan en daarna zijn we naar het bos gegaan en daar heeft hij alle boosheid eruit kunnen gooien. En dan ‘landt’ hij gewoon weer. Dat bos is een ideaal hulpmiddel. Maar voor mij was dat echt wel een dieptepunt.”


Hoe ga je daar zelf mee om? Hoe kun je dat aan, terwijl je het zelf ook zwaar hebt?
“Als je kind je nodig heeft, dan ben je er gewoon. Ik noem dat: ik parkeer dingen op de vluchtstrook. Soms gaat dat heel bewust, soms ook onbewust. Maar af en toe wil het weer invoegen op die snelweg en soms kan dat heel mooi en soms voegt het zo onhandig in dat het gewoon een hele file veroorzaakt, een dikke opstopping. Het is mooi dat je brein dat kan doen. Ik heb ook wel dagen gehad dat ik de hele dag liep te huilen. Maar toen ging het ook slecht met Jason. En dan kan ik het weer omzetten – nu ben ik er weer even voor hem.
Op school heeft hij een mentor waar hij altijd bij kan binnenlopen. Er zijn veilige plekken ingebouwd, waar hij even tot rust kan komen. We hebben hem ook zo veel mogelijk de structuur willen bieden van school. Maar ik heb hem ook een paar keer van school af moeten halen omdat het niet meer ging. Af en toe kreeg ik dan whatsappjes die je hart braken. Dan is het ook zaak om rustig te blijven. Hoe rustiger jij bent, hoe beter het voor hem is. Dan ben je niet die hulpverlener, maar gewoon moeder, die er voor hem is, die hem begrijpt of dat ten minste probeert. Het belangrijkste is dan dat je hem weer rustig krijgt, in het hier en nu houdt.
Het allerergste van de ramp is natuurlijk dat zij er niet meer zijn. Maar als je kijkt naar alles er omheen, dan is het vooral hoe moeilijk Jason het had, wat je raakt. Hoe diep hij gezeten heeft, hoe angstig hij was. Als dat maar weer goed gaat. Daarom zijn we ook zo blij met die hulp. En daarom wil ik ook andere ouders dit vertellen: het kan heel heftig zijn, maar er is hulp.”


Wat maakte dat je hulp hebt gezocht?
“Op een gegeven moment weet je ook: dit kan ik niet alleen. En het is ook helemaal niet goed om dit alleen te doen. Want ook Robbert en ik zaten wel eens op een heel ander spoor. Robbert was meer van hard aanpakken – en ik was meer van ‘rustig aan met hem – er speelt veel meer dan alleen de overgang naar de middelbare school.’
In het najaar was Robbert bij zo’n bijeenkomst over letselschade en daar was ook een tafel met rouwexperts. Hij heeft geloof ik de hele middag vooral daar gezeten. Er was zo veel herkenning; al die dingen die voorbij kwamen, gebrek aan concentratie, angst, terugvallen in de ontwikkeling – we zagen het allemaal bij Jason en het bleek te maken te hebben met zijn verwerking van de ramp. Nog op de parkeerplaats belde hij: “Je moet Jason niet te hard aanpakken hoor…” We hebben die avond veel gepraat en de volgende dag meteen contact gezocht met Paul Boelen van het Ambulatorium van de Universiteit Utrecht. Gelukkig kwamen we er snel tussen en konden we snel een afspraak maken. In december waren de eerste gesprekken al.”

Wat heeft die hulp gebracht?
Het begon met dat het Jason hielp om het verlies onder ogen te zien. “Hij moest een foto meenemen van Erik, Tina en Zeger. Mariken Spuij, zijn therapeute, vroeg hem naar de foto te kijken en hardop te zeggen dat ze er niet meer zijn. Dat kon hij niet. Toen dat besef, of eigenlijk die acceptatie, begon te landen, toen kwamen ook de huilbuien los. Mariken vergeleek het met een bal die je lang onder water kunt houden, maar die, als je loslaat, ineens omhoog floept. Jason wist ook terugkijkend precies die momenten te benoemen dat zijn bal omhoog geschoten was. Momenten waarbij al het opgekropte verdriet, woede, angst eruit kwam. Aan de ene kant vreselijk om als moeder mee te maken, aan de andere kant was ik blij dat het eruit kwam en dat ik er ook voor hem kon zijn.”
Mariken had ook meteen de vinger op de zere plek wat betreft zijn angst en autistische gedrag. “Ze is daar ook meteen mee aan de slag gegaan door met hem foute aannames en niet helpende gedachten te ontdekken. En vervolgens te kijken: wat zijn dan wel helpende gedachten, wat is je ‘steunteam’. Dat werkt gewoon. Wij zouden er ook wel met hem over kunnen praten – we hebben het wel eens over die ‘o-jee-gedachten’ en ‘oké-gedachten’– maar dan neemt hij dat toch minder van mij aan dan van Mariken. Dus dat is heel fijn en voor mij ook wel een verademing om daar even niet mee aan de slag te hoeven. In september krijgt Jason begeleiding bij het leren leren en plannen. Ook dat hadden we eerst zelf opgepakt, maar Mariken zei ook: “dat moet je niet willen, jullie hebben je handen er al genoeg aan vol. Jason heeft dit schooljaar teveel stof gemist en staat voor teveel vakken onvoldoende waardoor we besloten hebben dat hij komend schooljaar de brugklas van het gymnasium over doet. Geen verloren jaar, een jaar waarin Jason heel veel geleerd heeft en met een goede start weer kan beginnen.”
“Wij zijn zelf niet bij de sessies die Mariken met hem heeft, maar ze koppelt wel eens in de zoveel tijd terug. Het deel rond rouwverwerking is nu wel afgelopen, maar we zijn aan het kijken hoe we langzaam aan kunnen afbouwen en hoe we omgaan met wat er over is, vooral angsten, dingen waar hij tegenop ziet. Jason moet echt nog meer vertrouwen krijgen in de wereld. Mariken bedenkt daar ook opdrachten voor, zoals: ga in het openbaar vervoer met hem. Nou, dat hebben we meteen goed aangepakt: heel Amsterdam door in de metro. Zonder zijn hulphond Peter. Bij elk station kromp hij helemaal in elkaar. Wij zeiden: “Joh Jason, papa en mama zijn bij je.” En wat zegt hij dan: “Ja, Zeger z’n papa en mama waren ook bij hem.” Dan breekt je hart. Want ja, dat is zo. Hij was bang voor aanslagen van IS, op elk station en in Amsterdam heb je daar meer kans op dan in het Friese stadje waar wij wonen. Hij moet het nu hebben van zijn positieve ervaringen. Dat je kunt zeggen: toen ging het ook goed. Ik kan niet toezeggen dat er niks gebeurt. Alleen de kans dat er wat gebeurt is heel klein. En we zien wel stapjes. Laatst gingen we in de vakantie met de tram in Amsterdam en daar kon hij gewoon van genieten.”
Er is ook contact geweest tussen Jasons therapeute en de school. “Dat is heel goed, dan hoeven wij daar niet meer voor te knokken. Zij zegt het niet met allerlei emoties die ouders hebben en die ze op scholen ook met een korrel zout nemen. Daardoor realiseren ze zich op school nu ook meer waarom het invloed heeft op zijn leerprestaties. Ze zien nu dat het werkgeheugen ook vol kan zitten, dat hij ook niets meer op kan nemen. Maar we zien ook wel dat we niet van ze kunnen verwachten dat ze alles begrijpen. We kunnen niet van alle mensen verwachten dat ze ook maar iets snappen van waar wij in zitten, dat ze kunnen bedenken hoe het is om nabestaande te zijn van MH17, dat is niet te peilen. En de één is natuurlijk ook de ander niet. Het brengt zo veel met zich mee. De gesprekken die ik zelf in Utrecht heb gehad, hebben me dat wel laten zien – ook dat al die afzonderlijke ‘stukjes’ echt aandacht verdienen. Jasons vooruitgang biedt mij ook die ruimte. Nu ik zo terug kijk, heeft "mijn vluchtstrook" de afgelopen tijd aardig vol gestaan. Ik ben hem nu aan het legen…”

Meer weten over Rouwhulp?

dinsdag 24 maart 2015

Vakantie MH17




We zitten in de auto op weg naar ons vakantieadres in de Haute Languedoc en ik bedenk me dat ik al twee vakantieverhalen voor dit blog geschreven heb. “Dit jaar eenzelfde soort verhaal?” gaat er door mijn hoofd. Was dat maar zo…dit werd een vakantie om nooit te vergeten…

We hebben net ons “thuis” voor de komende weken opgezet en gaan uit eten op de camping, ik bel mijn moeder op om te vertellen dat we goed zijn aangekomen. Zij vertelde ons dat er een vliegtuig neer was geschoten in de Oekraïne. Jason was meteen verontwaardigd en haalde fel uit naar Poetin. Hij had voor de vakantie al met oma gepraat over oorlogen en hij vond die in de Oekraïne de ergste. Dit kon wel eens een derde wereldoorlog worden aldus Jason. Ik vertelde hem dat haat niets oplost, dat dat weer een reden kan zijn voor een oorlog.
De volgende morgen vroeg miste ik een oproep op mijn telefoon, ik zag dat mijn moeder gebeld had, om 8.00 uur. Ik heb haar meteen terug gebeld, ze zei me: er is wat ergs gebeurd, ze hoefde mij verder niets meer te vertellen, ik zei zelf al: “Erik, Tina en Zeger zaten aan boord van het vliegtuig”.
Erik was Robbert ’s broer, zijn vrouw Tina en hun 17 jarige zoon Zeger, samen op vakantie op weg naar Bali.


Daar zaten we dan in Zuid Frankrijk, ver van de media, geen tv. Via de broer van Tina kregen we bevestiging dat het gezin op vlucht MH17 zat. Af en toe zagen we wat beelden op de TV van de campingbaas of via onze smartphones of tablet. Bij het noodnummer van buitenlandse zaken werd ons verteld dat ze ons terug zouden bellen…dat werd uiteindelijk pas na 3 dagen wachten, boosheid en onzekerheid gedaan.  
Peter voelde onze stress ook, hij was erg timide en zat de eerste avond bij Robbert op schoot, iets wat hij nog nooit gedaan had! Jason wilde het liefst de hele ramp met de MH17 even voor de rest van de vakantie vergeten. De zaterdag net na de ramp gingen Jason en ik naar het dichtstbijzijnde dorp voor boodschappen en een krant. De enige die daar te koop was, was de Telegraaf. Een grote kop met “Moordenaars” en confronterende foto’s van het neergestorte toestel. Ook de bekende foto van de Separatist die met een knuffel in zijn hand stond. Jason werd boos en verdrietig toen hij de foto’s zag, die Donald Ducks op een foto waren van Zeger geweest, en zie je wel dat die mensen daar in en in slecht zijn (foto met separatist). Ik heb Jason verteld dat de media laten zien wat ze willen en dat ze mensen daarmee kunnen manipuleren, dat hij niet alles moest geloven wat de kranten schreven.

Jason werd snel boos en gefrustreerd. Een keer wilde zijn veter niet vast; tranen. Ik heb hem uitgelegd dat ons emotioneel vat vol zit en door iets kleins kan overlopen. Zo gingen we die vakantie geregeld onze vaten legen door iets leuks te doen. En als we verdrietig waren hoefden we alleen maar te zeggen: “mijn vat zit vol”. Jason zei ook een keer; “ga maar even naar papa want die heeft je nu harder nodig dan ik”. 

We zijn eerst ook heel boos geweest maar na een paar dagen kwam de bezinning, we waren ver weg van de media, ver weg van Nederland in rouw, ver weg van de roep om boos te zijn. We leefden vrij primitief in de Franse natuur, de hemel huilde met ons mee (er viel zoveel regen die weken dat we volop cantharellen konden eten), het stuwmeer was leeg omdat de dam gerepareerd werd en het lieflijke bos achter de camping was omgehakt voor de houtindustrie, het leek wel een oorlogsgebied. Wij waren met z’n vieren op elkaar aangewezen. Wat heb ik wat gewandeld met Peter, met Peter en Jason, met Peter en Robbert, bijna therapeutische wandelingen die ons goed deden. Peter bleef vergeleken met andere jaren heel dicht bij ons, hij heeft ons alle drie erdoorheen geholpen.

Wordt vervolgd...